Wat is nou eigenlijk goede voeding?

Omdat ik het heel belangrijk vind heb ik mij verdiept in de voeding van onze fluffy viervoeters! Ik wilde over op andere brokken omdat ik ze echt geen RC meer wilde geven o.a. i.v.m. de hoge zoutwaarde en de synthetische anti oxidanten. Ik ben hier in mijn zoektocht naar zeker niet in doorgeslagen want je hebt ok, goed, prima, geweldig, fantastisch, het einde etc etc en dat was voor mij niet het uitgangspunt. Je kunt het beste van het beste in huis halen, maar het kan zijn dat je viervoeter daar toch niet goed op gaat want zoals elk mens anders is geldt dat voor onze cats natuurlijk ook. Ik ben op zoek gegaan naar brokken met een hoog percentage eiwit van goede kwaliteit, laag in koolhydraten, met dierlijk vet i.p.v. plantaardig, natuurlijke anti oxidanten en zonder allerlei synthetische toevoegingen. Ik heb wel wat compromissen moeten sluiten, maar ik heb na 3 maanden uitzoeken en testen een mooie balans in brokken gevonden die aan mijn voorwaarden voldoen. Mijn cats allen goed gezond en hebben op Noa na geen dieet, want dan zijn er echt weer andere voorwaarden waaraan de voeding moet voldoen. Noa heeft een voedselintollerantie en krijgt Mac's monoproteïne (rabbit) & Brit Care (Insect Food Allergy Management)

Als je naar de marketingtekst kijkt, lijkt elke kattenbrok de allerbeste. Teksten als graanvrij premiumvoer met hoog vleesaandeel voor een natuurlijke voeding van uw kat klinken aantrekkelijk, maar zegt niets over de kwaliteit van de voeding. Een hoog vleesaandeel is subjectief en kan best laag zijn. En graanvrije brokken zijn niet perse beter dan brokken met graan. De marketingtekst kun je dus echt beter overslaan en de kattenbrok kun je het beste beoordelen door naar de samenstelling en analyse te kijken.

De belangrijkste algemene richtlijnen voor kattenbrokken voor gezonde katten (katten zonder speciaal dieet) op een rij:

1.  Eiwitgehalte
Genoeg kwalitatief eiwit is voor katten heel belangrijk. Bij te weinig eiwit in de voeding worden eiwitten uit het lichaam afgebroken om als energie gebruikt te worden, en zal de kat spiermassa verliezen. Vroeger werd gedacht dat teveel eiwit nierziekte kan veroorzaken, maar dit blijkt niet zo te zijn. Het eiwitpercentage zegt niets over de kwaliteit van het eiwit, daarom is het ook belangrijk om te kijken naar de eiwitbronnen. Vlees is de beste eiwitbron en herken je aan termen zoals kip, vis en rund. Ei is ook een prima eiwitbron. Plantaardige eiwitten zijn van mindere kwaliteit. Minimaal 35% eiwit en geen plantaardige eiwitbronnen. Meer is beter, bijvoorbeeld 40-50% eiwit. Plantaardige eiwitbronnen zoals maisgluten, aardappeleiwit, erwteneiwit en soja kun je het beste vermijden.

2.  Koolhydraten
Katten eten van nature geen plantaardige koolhydraten, hun lichaam is dan ook niet optimaal ingesteld op het verwerken van koolhydraten. Teveel koolhydraten zijn niet gezond voor een kat. Het maakt daarbij niet uit of de koolhydraten uit graan komen of uit graanvrije voedingsmiddelen zoals aardappel of erwten. De hoeveelheid koolhydraten staat niet op de verpakking en moet je zelf berekenen. Je neemt 100 en daarvan haal je het percentage eiwit, vet, vocht, vezel/celstof & as af en dan heb je het percentage NFE (bruikbare) koolhydraten.
Maximaal 25% koolhydraten. Hoe minder koolhydraten hoe beter.

3.  Vet
Dierlijk vet is beter dan plantaardig vet, omdat het kattenlichaam hier meer mee kan. Katten kunnen bepaalde plantaardige vetzuren niet tot amper omzetten tot lichaamseigen vetzuren. Goede vetten: kippenvet, eendenvet, gevogeltevet, zalmolie. Niet aanbevolen: zonnebloemolie, lijnzaad(olie). Minimaal 0,8% omega 3.

4.  Vezels
Er zijn twee soorten vezels:
1. Vezels die ervoor zorgen dat de darmen beweeglijk genoeg blijven.
2. Vezels welke de darmflora ten goede komen (prebiotica). Het vezelgehalte op de verpakking geeft aan hoeveel vezels er uit de eerste categorie inzitten. Teveel van deze vezels kunnen de opname van bepaalde voedingstoffen beperken en is niet ideaal. Vezels voor een goede darmflora (prebiotica) worden niet in de analyse aangegeven, maar moet je in de lijst zelf zoeken. Als prebiotica worden meestal Fructooligosaccharides (FOS), Mannan oligosaccarides (MOS) en/of inuline gebruikt, of ingredienten die dit bevatten: cichorei en gehydroliseerd gist.
Teveel bietenpulp beperkt de opname van voedingsstoffen, maar bietenpulp zorgt ook voor een betere darmflora. Liever minder vezels in de analyse, bijvoorbeeld maximaal 3%. Liever wel prebiotica (cichorei, MOS, FOS).

5.  Mineralen
Om brokken compleet te maken, worden er vitamines en mineralen aan toegevoegd. Sommige mineraalverbindingen worden niet goed door het lichaam opgenomen of gebruikt en aan sommige worden zelfs slechte gezondheidseffecten toegeschreven. De mineralen zijn het best opneembaar mineraal als chelaat (of proteinaat). Minder goed opneembaar zijn sulfaten en oxides. Bepaalde mineralen zijn extra belangrijk om op te letten, namelijk calcium, fosfor en magnesium. Een hoog calciumgehalte betekent over het algemeen dat de eiwitkwaliteit lager is en is voor katten met blaasgruis ook niet goed. Een hoog fosforgehalte is een risicofactor voor nierproblemen, alhoewel dit mogelijk alleen geldt voor toegevoegd fosfor en niet voor fosfor uit de ingrediënten zelf. Een hoog magnesiumgehalte is een risicofactor voor blaasgruis. Chelaten zijn beter opneembaar dan sulfaten en oxides. Seleniumgist is te prefereren boven natriumseleniet.
Maximaal 1,8% calcium. Maximaal 1,4% fosfor. Maximaal 0,1% magnesium.
Minder is beter, maar meer is niet perse erg, wel minder ideaal.

6.  Antioxidanten
Om te voorkomen dat de vetten snel oxideren, worden er antioxidanten aan het voer toegevoegd. Sommige merken gebruiken synthetische antioxidanten die als voordeel hebben dat de brokken lang houdbaar zijn, maar met als nadeel dat ze kankerverwekkend zijn in hogere hoeveelheden of mogelijk bij langdurig gebruik. De meer natuurlijke antioxidanten zijn veiliger voor de gezondheid. De meeste supermarktbrokken en grote merken zoals bijvoorbeeld Royal Canin gebruiken synthetische antioxidanten!! Ook aan het vet worden antioxidanten toegevoegd, voordat het bij de fabrikant van de brok belandt. De fabrikant hoeft het niet te vermelden als er in de grondstoffen synthetische antioxidanten zitten. Als er natuurlijke antioxidanten zijn gebruikt in de grondstoffen, wordt dit vaak wel vermeld, maar niet altijd.
Natuurlijke antioxidanten Vitamine E / tocoferolen (E306 tm E309), Vitamine C (E300 tm E302), rozemarijnextract. De meestgebruikte synthetische antioxidanten: BHA (E320) en BHT (E321). Natuurlijke antioxidanten zijn veiliger voor de gezondheid dan BHA en BHT.

Bron: www.voerwijzer.com